STATUTEN

 NAAM

 Artikel 1.

  • De gemeente draagt de naam: BAPTISTEN GEMEENTE LELYSTAD, hierna te noemen de gemeente.
  • De gemeente is gevestigd te Lelystad.
  • De gemeente is een kerkgenootschap en bezit rechtspersoonlijkheid in de zin van artikel 2 van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en is als zodanig erkend naar Nederlands Recht.

FUNDAMENT

Artikel 2.

Op grond van de Bijbel, het enig betrouwbaar getuigenis aan­gaande de openbaring van God, belijdt de gemeente dat Jezus Christus de Zoon van God, haar fundament en Hoofd is en dat zij geleid wordt door de Heilige Geest (1 Cor.3:10; Efeze 1:22; Joh.16:12-15).

OPDRACHT

Artikel 3.

De opdracht van de gemeente is:

  • als lichaam van Christus te wandelen waardig de roeping waarmede zij geroepen is (Col.4:2-6); in samenleving der heiligen elkaar in liefde te dienen en te verdragen en de eenheid des Geestes te bewaren door de band des vredes (Efeze 4:1-6).
  • getuige te zijn in woord en daad van de Here Jezus Chris­tus:
  • hen, die het evangelie van Jezus Christus aanvaarden, te dopen in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest;
  • hen te leren onderhouden alles wat de Here Jezus Christus heeft bevolen (Math.28:19).

UITVOERING

Artikel 4.

Levend in de verwachting van de wederkomst van de Here Jezus Christus voert de gemeente haar opdracht uit door:

  1. samen te komen in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest om:
  • Hem te loven, te danken, te aanbidden en voorbede te doen (1 Tim.2:1; 2 Cor.1:11);
  • Het evangelie te prediken;
  • te dopen door onderdompeling in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest;
  • het heilig avondmaal te vieren;
  • de heiligen toe te rusten tot dienstbetoon, tot opbouw van het lichaam van Christus (Efeze 4:12);
  1. gezamenlijk en/of persoonlijk te getuigen van de Here Jezus Christus in woord en daad;
  1. de onderlinge gemeenschap te bevorderen door het creëren van ontmoetingsmogelijkheden in groter en kleiner verband;
  1. aandacht te geven aan en zoveel mogelijk mee te dragen in de materiele nood van leden, zustergemeenten en de wereld.

 

LEDEN

Artikel 5.

  1. Leden van de gemeente zijn zij die;
  • op hun belijdenis, dat zij Jezus Christus als hun persoon­lijk Verlosser en Zaligmaker hebben
    aangenomen, werden gedoopt door onderdompeling en uitspreken de overige leden te aanvaar­den
    en lief te hebben als broeders en zusters en zich te kunnen verenigen met de inhoud van de
    Statuten en Richtlijnen van de gemeente
  • door Baptisten zustergemeenten worden overgeschreven en zich kunnen verenigen met de
    Statuten en Richtlijnen van de gemeen­te
  • in een andere geloofsgemeenschap op hun belijdenis werden gedoopt en lid wensen te worden van
    de gemeente en instemmen met de Statuten en Richtlijnen van de gemeente en die door de
    gemeente als lid zijn aanvaard.
  1. Daar waar om dringende gezondheidsredenen doop door onder­dompeling onverantwoord moet worden geacht, kan daarvan ontheffing wordt verleend.
  1. Het lidmaatschap van de gemeente eindigt:
  • door een, door het lid gevraagde overschrijving naar een andere Baptisten gemeente of andere geloofsgemeenschap;
  • door schriftelijk bedanken voor het lidmaatschap;
  • wanneer de gemeente, op voorstel van de raad, om bepaalde redenen tot uitsluiting van een lid heeft besloten.

 

LEVENSWANDEL

Artikel 6.

Van de leden van de gemeente wordt een levenswandel in over­eenstemming met Gods Woord verwacht. Enkele aspecten daarvan zijn:

  1. ieder lid dient zich er voortdurend van bewust te zijn dat zijn of haar leven niet meer aan hem- of haarzelf toebehoort, dat Jezus Christus niet alleen het Hoofd is van Zijn gemeente, maar ook de Heer van ieder lid afzonderlijk;
  2. vanuit het bewustzijn genoemd onder lid 1. zal ook een ieder naar vermogen bijdragen in de behoefte van de gemeente als geheel en van ieder lid afzonderlijk. Deze behoeften kunnen zowel van geestelijke als van materiële aard zijn (1 Thes.; Hebr.13:16);
  3. aangezien allen leden van een lichaam zijn, dient ieder lid de bereidheid te hebben correcties van medeleden ter harte te nemen (Efeze 5:21b) en terechtwijzingen van hen die leiding geven te aanvaarden (1 Thes.5:12,13).

 

DE RAAD VAN DE GEMEENTE

 Artikel 7.

  • De gemeente wordt in en buiten rechte vertegenwoordigd door de raad.
  • De raad is belast met de uitvoering van besluiten die door de ledenvergadering genomen zijn, met het beheer van haar goederen en met de zorg voor haar geldmiddelen. Gezamenlijk leidt en dient hij de gemeente en draagt zorg voor de geeste­lijke en materiële belangen.
  • De goedkeuring van de gemeente wordt vereist voor de aankoop van onroerend goed ten behoeve van de gemeente, voor verkoop of bezwaren van onroerend goed, aan de gemeente toebehorend, het aangaan van geldleningen ten laste van de gemeente en voorts namens de gemeente eisende of verwerende in rechte op te treden of in een tegen haar ingestelde rechtsvordering te berusten of een dading aan te gaan.
  • De raad bestaat uit tenminste drie personen, die uit en door de leden van de gemeente gekozen worden. De voorganger maakt deel uit van de raad.
  • De raad doet eenmaal per jaar rekening en verantwoording van het beheer over het afgelo­pen jaar.

 

LEDENVERGADERING

Artikel 8.

Om zich te beraden op en te beslissen over de uitvoering van haar opdracht komt de gemeente tenminste eenmaal per jaar, of zo vaak dit noodzakelijk wordt geacht, bijeen in vergadering van leden van de gemeente.

 

GELDMIDDELEN

Artikel 9.

De geldmiddelen van de gemeente bestaan uit:

  • bijdragen van de leden;
  • collecten;
  • andere baten.

 

RICHTLIJNEN VAN DE GEMEENTE

Artikel 10.

De richtlijnen van de gemeente regelen de verkiezing van de leden van de raad en hetgeen betrekking heeft op de beharti­ging van de godsdienstige belangen en op de inwendige ordening van de gemeente. De richtlijnen van de gemeente mogen geen bepaling bevatten die in strijd zijn met de Statuten.

STEMMING

Artikel 11.

  • Alle leden, die de leeftijd van zestien jaar hebben bereikt, hebben stemrecht, behalve zij die om gegronde redenen van stemrecht zijn ontheven.
  • Besluiten met volstrekte meerderheid van stemmen genomen zijn van kracht.

 

WIJZIGING VAN DE STATUTEN

Artikel 12.

  • Tot wijziging van de Statuten kan worden besloten met tweederde van de uitgebrachte stemmen in een vergadering waarin tenminste driekwart van het aantal leden tegenwoordig is.
  • Is in de eerste daartoe belegde vergadering geen driekwart van het aantal leden tegenwoor­dig, dan wordt een tweede verga­dering belegd, waartoe alle leden schriftelijk worden opgeroe­pen.
  • Op de tweede vergadering genoemd in lid 2 worden besluiten genomen met tweederde van de uitgebrachte stemmen.
  • Besluiten tot wijziging treden niet in werking alvorens daarvan kennis is gegeven aan de regering.

 

ONTBINDING

Artikel 13.

  • De gemeente kan ten allen tijde worden ontbonden indien daartoe wordt besloten met tweederde van de uitgebrachte stemmen in een vergadering, waartoe alle leden schriftelijk zijn opgeroepen en waarin tenminste driekwart van het aantal leden aanwezig is.
  • Is in de eerste daartoe belegde vergadering geen driekwart van de leden aanwezig, dan wordt een tweede vergadering belegd, waartoe alle leden schriftelijk worden opgeroepen en waarbij een termijn van tenminste veertien dagen wordt aangehouden.
  • In de tweede vergadering, genoemd in lid 2, kunnen besluiten worden genomen met tweederde van de uitgebrachte stemmen.
  • Bij ontbinding van de gemeente komen de na liquidatie reste­rende baten en bezittingen onder beheer van de Unie van Bap­tisten Gemeenten, gevestigd te Amsterdam, met dien verstande dat de Unie verplicht is, indien binnen tien jaar na ontbin­ding van de gemeente een nieuwe Baptisten gemeente in Lelystad wordt geïnstitueerd en in de Unie van Baptisten Gemeente is opgenomen, binnen zes maanden de bedoelde baten en bezittingen af te dragen aan deze gemeente.

 

RICHTLIJNEN

GEMEENTEVERGADERINGEN

Artikel 1.

  • De gemeente kent drie soorten vergaderingen:
  1. a) een ledenvergadering;
  2. b) een jaarvergadering;
  3. c) een gemeente-avond.
  • De vergadering bedoeld in lid 1 onder a is uitsluitend toegankelijk voor leden van de gemeente en door de raad geno­digden wier aanwezigheid met het oog op de afwikkeling van de agenda gewenst is. De vergadering bedoeld in lid 1 onder c is toegankelijk voor leden en vrienden van de gemeente.
  • De voorzitter van de raad van de gemeente of diens plaats­vervanger leidt alle vergaderingen van de gemeente.
  • In iedere vergadering wordt de mogelijkheid tot een rond­vraag geboden. Zij die van de rondvraag gebruik wensen te maken dienen in de pauze van de vergadering vragen schrifte­lijk en ondertekend in te dienen. Vragen zullen zo mogelijk staande de vergadering worden beantwoord, zij kunnen echter geen onderwerp van bespreking worden.

LEDENVERGADERING

Artikel 2.

  • Ledenvergaderingen worden gehouden zo dikwijls de raad dit nodig oordeelt, dan wel op schriftelijk verzoek van tenminste 25% van het aantal leden van de gemeente.
  • Het houden van een ledenvergadering wordt tijdig afgekondigd of bekend gemaakt. De agenda van de ledenvergadering wordt door de raad opgesteld en tijdig bekend gemaakt.
  • Verzoeken en voorstellen van gemeenteleden moeten tenminste acht dagen voor de vergadering schriftelijk bij de secretaris worden ingediend; zij worden op de agenda geplaatst voorzover de raad dit wenselijk acht. Ingeval van afwijzing van ingezon­den voorstellen wordt door de raad de reden daarvan opgegeven aan de indiener.
  • De raad is verplicht een bepaald onderwerp op de agenda te plaatsen, wanneer daarom door tenminste 25% van het aantal leden der gemeente wordt verzocht.

 

JAARVERGADERING

Artikel 3.

De jaarvergadering, zo mogelijk te houden in september, be­staat uit twee gedeelten;

  • Een ledenvergadering, waarin onder meer de financiële jaar­stukken worden behandeld, waaronder te verstaan:
  1. a) een resultatenoverzicht en balans, een en ander voorzien van een toelichting:
  2. b) een begroting voor het lopende jaar.

Het boekjaar loopt van 1 augustus tot en met 31 juli.

Op de ledenvergadering rapporteert de financiële controle-commissie over de gevoerde boekhouding. Indien alle financiën naar behoren zijn beheerd, verleent de gemeente de penning­meester decharge.

  • Een gemeente-avond aansluitend op de ledenvergadering als bedoeld onder 1, waarin de verslagen over de arbeid in de gemeente, waaronder een financieel verslag, ter sprake komen en plannen voor het komende jaar worden besproken.

 

GEMEENTE-AVOND

Artikel 4.

De gemeente-avond wordt door de raad van de gemeente belegd en draagt een informatief karakter.

 

HEILIG AVONDMAAL

Artikel 5.

  • Als regel viert de gemeente eenmaal per maand de maaltijd van de Heer.
  • Zij die geen lid zijn van een Baptistengemeente mogen deel­nemen aan de viering van de maaltijd van de Heer, indien zij als antwoord op de daartoe strekkende vraag, door op te staan, te kennen geven dat zij de Here Jezus Christus hebben aangeno­men als hun persoonlijke Verlosser en Heer.

Indien iemand langer dan een half jaar van deze mogelijkheid gebruik maakt, zal door de raad in een persoonlijk gesprek gevraagd worden wat daarvan de reden is. Wanneer uit dit gesprek blijkt dat er te respecteren motieven aanwezig zijn niet als lid toe te treden en nochtans aan de gemeenschap deel te nemen, dan wordt dit aan de gemeente bekend gemaakt.

De eerder genoemde vraag behoeven zij dan niet meer door op te staan te beantwoorden.

 

DE RAAD VAN DE GEMEENTE

Artikel 6.

  • De raad benoemt uit zijn midden een voorzitter, een secretaris en een penningmeester.
  • De raad vergadert in de regel eenmaal per maand.
  • De raad regelt in overleg met de voorganger diens werkzaamheden en salariëring.
  • De raad kan bepaalde taken overdragen aan commissies en werkgroepen.
  • De raad bepaalt zelf zijn reglement van orde.

DE SECRETARIS

Artikel 7.

De secretaris zorgt voor het bijhouden van het ledenboek en archief, houdt aantekeningen van het verhandelde op de raads­vergadering, voert voor zover mogelijk de correspondentie en notuleert de gemeentevergaderingen.

DE PENNINGMEESTER

Artikel 8.

De penningmeester behartigt de geldelijke aangelegenheden, terwijl hij ieder kwartaal de raad een globaal financieel overzicht aanbiedt. De penningmeester verzorgt voorts de financiële stukken voor de jaarvergadering.

DE FINANCIËLE CONTROLE-COMMISSIE

Artikel 9.

De financiële controle-commissie bestaat uit twee leden van de gemeente, die op voorstel van de raad, door de ledenvergade­ring worden gekozen. De verkiezing geldt voor twee jaar. Ieder jaar treedt een lid af en kan dat jaar niet worden herkozen.

DE VOORGANGER

Artikel 10.

De voorganger dient de gemeente in het bijzonder door de prediking en geeft leiding aan de herderlijke zorg.

 

TOETREDEN VAN LEDEN

Artikel 11.

  • Zij die wensen toe te treden tot de gemeente worden door de raad van de gemeente nader onderzocht omtrent hun motivatie en levenswandel. Is dit onderzoek bevredigend verlopen dan worden de namen van hen zo spoedig mogelijk bekend gemaakt.
  • Worden binnen twee weken geen gegronde bezwaren ingebracht dan zullen:
  1. degenen die op hun belijdenis gedoopt wensen te worden tijdens of aansluitend op een dienst aan de gemeente als doopkandidaat voorgedragen worden;
  2. degenen die bedoeld zijn in artikel 5 lid 1 onder het 3e aandachtsstreepje van de Statuten tijdens of aansluitend op een dienst aan de gemeente worden voorgedragen om als lid te worden aanvaard; Na deze voordracht kunnen de leden van de gemeente de doopkandidaten, respectievelijk hen die op grond van artikel 5 lid 1 3e aandachtsstreepje van de Statuten het lidmaatschap aanvragen, aanvaarden, waarna voor de doopkandidaten de datum voor de doopbediening wordt vastgesteld.
  3. Bij wederopname in de gemeente worden zij, die uitgesloten zijn, gelijkgesteld met hen bedoeld onder artikel 5 lid 1 3e aandachtsstreepje van het Statuut, voor zover het dit artikel betreft.
  4. Mensen die zich verbonden voelen met de gemeente, maar (nog) geen lid kunnen of willen worden, kunnen verzoeken zich te laten registreren als vriend van de gemeente. Ook mensen met een zodanige verstandelijke beperking dat zij niet in staat zijn zelfstandige bewuste keuzes te maken met betrekking tot geloof, doop en lidmaatschap kunnen als vriend worden geregistreerd. In hun geval wordt het verzoek door ouders of verzorgers ingediend. De raad van de gemeente beslist over de registratie als vriend, op basis van een onderzoek naar motivatie en levenswandel. De registratie wordt aan de gemeente kenbaar gemaakt. Vrienden van de gemeente kunnen uitgenodigd worden voor gemeentevergaderingen, maar hebben daarin geen stemrecht.

(Lid 2 van dit artikel is gewijzigd en in bovenstaande vorm vastgesteld in de gemeentevergadering van 9 mei 1996, lid 4 is toegevoegd in de gemeentevergadering van 2 november 2006).

 

BEROEPEN VAN EEN VOORGANGER

Artikel 12.

  • Bij het beroepen van een voorganger zal het reglement inzake voorgangers van de Unie van Baptistengemeenten in Nederland in acht worden genomen.
  • Kandidaten voor de vacante predikantsplaats zijn zij die daartoe door de raad worden voorgedragen, of tenminste door vijf leden van de gemeente worden voorgesteld. De kandidaatstelling dient schriftelijk te geschieden.
  • Het beroepen van een voorganger vindt plaats tijdens een daartoe te houden ledenvergadering.
  • Beroepen is de kandidaat op wie tenminste tweederde van het aantal geldige stemmen is uitgebracht.
  • Voor het stemmen bij volmacht is het bepaalde in artikel 15 van toepassing.
  • De gemaakte afspraken tussen de raad en de te beroepen voorganger worden in een bevestigend schrijven vastgelegd.

 

BEROEPEN VAN EEN VOORGANGER IN BIJZONDERE DIENST

Artikel 13.

De gemeente kan een voorganger in bijzondere dienst beroepen. Daarbij wordt de plaats van deze voorganger binnen de gemeen­te nader bepaald.

 

VERKIEZING VAN LEDEN VAN DE RAAD

Artikel 14.

 

  • De leden van de raad worden gekozen voor een periode van drie jaar. Elk jaar treedt een deel van de raad volgens roos­ter af. Een aftredend lid is direct herkiesbaar voor een tweede periode van drie jaar. Na twee aaneensluitende perioden van drie jaar is men gedurende het daarop volgende jaar niet herkiesbaar.
  • De periodieke verkiezing van raadsleden vindt zo mogelijk plaats in de maand mei. De stemming geschiedt per referendum.
  • In een tussentijds voorkomende vacature zal zo spoedig mogelijk worden voorzien. In overleg met de gekozene wordt bepaald of die al dan niet de plaats van zijn voorganger op het rooster van aftreden in zal nemen.
  • Echtgenoten kunnen niet gelijktijdig lid zijn van de raad. Evenmin kunnen verwanten in de eerste en tweede graad gelijktijdig lid zijn van de raad.
  • Nieuw gekozen raadsleden worden bij hun aanvaar­ding aan de Heer opgedragen.
  • De gemeente wordt zo spoedig mogelijk van de uitslag van de stemming op de hoogte gebracht.
  • Bij het tellen van de stemmen wordt de secretaris bijgestaan door een lid van de financiële controlecommissie.
  • Bij elke verkiezing dient een eerste stemming om te komen tot een kandidaatstelling. De stembiljetten dienen daartoe vergezeld te gaan van een lijst van de verkiesbare leden.
  • Door ieder stemgerechtigd lid kan voor elke vacature één persoon als kandidaat worden opgegeven. Stembiljetten met meer namen voor een vacature zijn ongeldig.
  • Verkiesbaar zijn alle leden die op het moment van aantreden de leeftijd van 23 jaar hebben bereikt en tenminste een jaar lid zijn van plaatselijke gemeente.
  • Personen op wie minimaal zes stemmen zijn uitgebracht, worden aangewezen als kandida­ten. Ook door de raad kunnen kandidaten worden gesteld.
  • Wijst naar het oordeel van de raad de gehouden stemming uit dat er te weinig eenstemmig­heid in de gemeente is om met de verkiezing verder te gaan, dan kan de ledenvergadering, op voorstel van de raad, besluiten een vacature tijdelijk onver­vuld te laten. Het aantal raadsleden mag daarbij evenwel niet beneden het in de Statuten aangeven minimum komen.
  • Degenen die als kandidaat zijn voorgedragen dienen binnen een week nadat zij van de kandidaatstelling op de hoogte zijn gebracht, kenbaar te maken of zij hun kandidaatstelling aan­vaarden.
  • Gekozen is de kandidaat die meer dan de helft van het aantal uitgebrachte geldige stemmen heeft behaald.
  • Mochten niet voldoende kandidaten een meerderheid van het aantal uitgebrachte geldige stemmen hebben verkregen dan volgt een herstemming tussen de niet gekozen kandidaten. Gekozen zijn dan degenen op wie het grootst aantal geldige stemmen is uitgebracht.
  • Indien voor een vacature slechts één kandidaat kan worden aangewezen en de vacature naar het oordeel van de raad niet langer onvervuld kan blijven, dan spreekt de gemeente zich bij referendum uit voor of tegen de bevestiging in het ambt van deze kandidaat.

 

VOLMACHT

Artikel 15.

  • Ingeval van schriftelijke stemming is stemmen bij volmacht mogelijk.
  • Elk lid kan slechts één volmacht aanvaarden.
  • De raad draagt zorg voor volmachtformulieren.
  • De verlening van volmacht geschiedt bij ondertekende verkla­ring welke voor aanvang van de vergadering aan de secretaris dient te worden overlegd.

MAATREGELEN

Artikel 16.

  • Indien een lid volhardt in een levenswandel duidelijk afwij­kend van zoals omschreven in artikel 3,4 en 6 van de Statuten, kan, nadat zo mogelijk een zorgvuldige en intensieve begelei­ding heeft plaatsgevonden, de ledenvergadering op voorstel van de raad besluiten tot corrigerende maatregelen.
  • Mocht tot een dergelijke maatregel worden besloten, dan wel tot uitsluiting worden overge­gaan, dan wordt het betreffende lid hiervan schriftelijk in kennis gesteld.

TAKKEN VAN ARBEID

Artikel 17.

  • Verenigingen en werkgroepen maken deel uit van de gemeente en werken onder de verantwoordelijkheid van de raad. Jaarversla­gen en financiële overzichten worden ter kennisname bij de raad gedeponeerd.
  • Het aanzoeken van leiders/leidsters in diverse takken van arbeid dient na overleg met de raad te geschieden.
  • Bij het opheffen van een vereniging, groep of club van de gemeente is de penningmeester van de hiervoor genoemde groep verplicht zijn kas in depot te stellen bij de penningmeester van de gemeente, die het geld zal beheren totdat er een gelijkvor­mige activiteit opnieuw start.

REISKOSTEN VERGOEDING

Artikel 18.

Gemeenteleden die op verzoek, of met instemming van, de raad van de gemeente activiteiten uitvoeren ten behoeve van de gemeente waarvoor vervoerskosten worden gemaakt, kunnen op declaratiebasis aanspraak maken op:

  • volledige vergoeding van de kosten van openbaar vervoer (trein 2e klas).
  • een vergoeding voor het gebruik van motor of auto, tegen de fiscaal maximaal onbelast te betalen kilometervergoeding.

Het aantal gereden kilometers dient schriftelijk bij de penningmeester te worden gedeclareerd o.v.v. kilometer vergoeding, datum en soort activiteit alsook het aantal gereden kilometers. De penningmeester draagt zorg voor controle van declaraties en de uitkering van het in dit verband voor vergoeding in aanmerking komende bedrag.

Zij die geen vergoeding wensen kunnen afzien van deze regeling of de te ontvangen vergoeding terugstorten op rekening van de gemeente, waarna het teruggestorte bedrag kan worden aangemerkt als gift aan de gemeente.

 

WIJZIGING VAN DE RICHTLIJNEN

Artikel 19.

Beslissingen tot wijzigingen van de richtlijnen kunnen worden genomen met een meerderheid van het aantal stemgerechtigde leden. Wanneer in een ledenvergadering geen beslissing kan worden genomen dan wordt minimaal een week na deze vergadering een tweede ledenverga­dering belegd waarin met gewone meerder­heid tot wijziging kan worden besloten.

 

Artikel 20.

In gevallen waarin de richtlijnen niet voorzien, beslist de raad.

 

==

 

RICHTLIJNEN DIAKONAAL FONDS

Het onderstaande zijn nadrukkelijk richtlijnen. Het is nauwelijks  mogelijk regels te geven voor iedere denkbare omstandigheid en bovendien zou dat aanleiding tot onwenselijke situaties kunnen geven. In omstandighe­den waarin deze richtlijnen niet voorzien dient de raad zoveel mogelijk te handelen in de geest van de richtlijnen.

 

  • Het diakonaal fonds heeft als doel financiële hulp te kunnen verlenen in noodsituaties. (Het gaat hierbij in eerste instantie om hulpverlening aan leden en vrienden van de gemeente. Wanneer er voldoende geld aanwezig is kan in voorkomende gevallen hulp gegeven worden aan mensen buiten de gemeente en/of kunnen christelijke hulpverlenings­or­ga­nisa­ties worden ondersteund. Hulpverlening aan mensen binnen de gemeente heeft echter voorrang).
  • Het fonds kan inkomsten krijgen uit de gemeentebegroting, uit giften, uit speciale collectes en acties, uit rente over de reserve en door terugbetaling van leningen. (Gelden die voor het fonds bestemd zijn kunnen niet voor andere doeleinden worden aangewend. Wanneer de bijdragen groter zijn dan de bestedingen wordt een reserve opgebouwd).
  • Aanvragen van hulp kunnen worden ingediend bij een van de raadsleden. Over hulpverlening aan personen beslist de raad van de gemeente, met inachtneming van deze richtlijnen. Over bijdragen aan organisaties beslist de gemeentevergadering. (Over de verleende bijdragen aan personen legt de raad aan het eind van het boekjaar verantwoor­ding af aan de kascommissie. Namen van personen waaraan bijdragen verleend zijn worden niet bekend gemaakt aan de gemeentevergadering. Wel wordt aan de gemeen­tevergadering een totaaloverzicht gegeven).
  • Er wordt in principe geen structurele hulp verleend, maar alleen incidentele hulp. Dit kan gebeuren in acute noodsituaties, bij sanering van problemen, en/of bij bijzondere financiële lasten. (Wanneer in de genoemde situaties een beroep op hulp van de overheid kan worden gedaan wordt uit het diakonaal fonds hooguit aanvullende of overbruggende hulp gegeven).
  • Hulp aan personen wordt zoveel mogelijk gegeven in de vorm van een renteloze lening. Het bedrag van de lening dient beperkt van omvang te zijn. In incidentele gevallen kan de raad besluiten tot kwijtschel­ding van de schuld, tot het geven van een schenking of tot het verlenen van een grotere lening.
  • De ontvanger van hulp is verplicht om, indien dat gevraagd wordt, opening van zaken te geven over zijn of haar financiële situatie: inkomsten, uitgaven en schulden, ondersteund door bewijsmateriaal.
  • De ontvanger van een bijdrage ondertekent een verklaring met betrekking tot het ontvangen bedrag en (indien van toepas­sing) de afgesproken terugbetalingsregeling.
  • Wanneer er sprake is van structurele en/of terugkerende financiële problemen wordt er naar gestreefd de ontvanger van een bijdrage begeleiding aan te bieden. (Dit kan door iemand in contact te brengen met een organisatie als het Centraal Budgette­ring ’s Instituut en/of door iemand binnen de gemeente te zoeken die voor begeleiding kan zorgen. Daarnaast kan een zekere vorm van begeleiding gegeven worden door giften in natura te geven of door rekeningen voor iemand te betalen).
  • Raadsleden en door de raad gevraagde begeleiders zullen geen informatie over de financiële situatie van hulpvragers en de geboden hulp aan anderen doorgeven.
  • Niemand kan op grond van deze richtlijnen of op grond van eerder verleende bijdragen uit het fonds rechten doen gelden op een bijdrage.

 

De raad dient bij het toekennen van bijdragen echter zo veel mogelijk één beleidslijn aan te houden.

 

 

==